Van Gogh schilderijen

Van Gogh schilderijen werden in een korte periode geschilderd waarbij vaak een onderscheid wordt gemaakt tussen zijn Nederlandse en Franse periode.

Schildertechniek

Vincent van Gogh maakte als schilder een stormachtige ontwikkeling door. Hij schilderde zijn complete oeuvre over een periode van tien jaar. Karakteristiek voor zijn vroege periode is De aardappeleters (1885) dat hij in een donkere stijl schilderde die in Nederland gangbaar was. Nadat hij in Frankrijk was gaan wonen en kennis maakte met het impressionisme ontwikkelde hij een fel kleurgebruik in combinatie met een grof aanbrengen van verf. Van Gogh schilderde steeds meer alla prima een techniek waarbij nieuwe verf wordt toegevoegd aan verf op het doek die nog niet gedroogd is. Hierdoor kan een schilderij vaak in een dag worden voltooid. De schilderijen van Van Gogh zijn grofweg in vier categorieën onder te verdelen.

Portretten

Het oeuvre van Van Gogh bestaat uit een groot aantal portretten. Van Gogh had te weinig geld voor modellen en schilderde daarom vaak bekenden en collega’s. De schilder Eugène Boch, verfhandelaar Julian Tanguy en Paul Gaugain werden door Van Gogh geportretteerd. Sommige van zijn portretten zijn anonieme figuren, zoals La Mousmé (1888) waarin een Frans meisje wordt geschilderd als goed geklede Japanse. Daarnaast maakte Van Gogh een aantal zelfportretten die tot zijn bekendste werken behoren, bijvoorbeeld Zelfportret met strohoed (1887)

Stillevens

Van Gogh schilderde diverse stillevens van bloemen. De serie schilderijen van zonnebloemen behoren net als Irissen (1889) tot zijn meest geliefde werken. Maar ook klaprozen en oleanders werden door Van Gogh herhaaldelijk vastgelegd. Vaas met oleanders (1888) is een van de schilderijen van Van Gogh waarvan de locatie onbekend is. Het schilderij is sinds de Tweede Wereldoorlog, toen het werd ingenomen door Duitse soldaten, niet meer gezien.

Landschappen

Van Gogh was dol op het Zuid-Franse licht. Hij schilderde hier een aantal landschappen die tot zijn bekendste werk horen, bijvoorbeeld Korenveld met kraaien (1890) en Olijfbomen in berglandschap (1889). Daarnaast schilderde Van Gogh een aantal curieuze schilderijen van nachttaferelen zoals De sterrennacht (1889) waarin hij de hemel langs de sterren laat kronkelen.

Interieurs en gebouwen

Bijna alle schilders houden van het schilderen van gebouwen en interieurs omdat het ze leert met perspectief om te gaan. In zijn Nederlandse periode schilderde Van Gogh onder andere het sombere De hutten (1883). Ook deze onderwerpen zou hij in een uitbundigere stijl vastleggen, bijvoorbeeld Het gele huis en De slaapkamer (beide 1888)